Vaardigheden van een copiloot
Een copiloot is veel meer dan de "tweede piloot" in de cockpit. Hij of zij is een volledig bevoegde vlieger, met dezelfde opleiding, licenties en verantwoordelijkheden als de gezagvoerder.
Belangrijke vaardigheden van de copiloot zijn onder andere:
Bedienen van alle boord- en navigatiesystemen
Zorgvuldig uitvoeren van checklists
Heldere communicatie met luchtverkeersleiding en cabinepersoneel
Snel en besluitvaardig handelen in onverwachte situaties
Continu samenwerken volgens het vier-ogen-principe
De copiloot is altijd voorbereid om, indien nodig, direct het volledige gezag over de vlucht over te nemen.
Feiten op een rij
Samenwerking: De gezagvoerder en de copiloot delen de taken gelijkwaardig. Beide piloten zijn bevoegd om op te stijgen, te landen en beslissingen te nemen.
Vier-ogen-principe: Piloten controleren voortdurend elkaars handelingen en beslissingen, wat de veiligheid vergroot.
Taakverdeling: Eén piloot bestuurt ("Pilot Flying"), terwijl de ander toezicht houdt op systemen en communicatie ("Pilot Monitoring"). Deze rollen wisselen tijdens de vlucht.
Automatische piloot: De automatische piloot fungeert slechts als een hulpmiddel, vergelijkbaar met cruise control in een auto. Menselijke piloten blijven verantwoordelijk voor alle beslissingen.
Vliegveiligheid: Negen op de tien vluchten verlopen niet volledig volgens het boekje. Daarom zijn twee goed samenwerkende piloten essentieel om snel en correct te reageren.
Mythes en misverstanden
Fabel: "De gezagvoerder landt altijd het vliegtuig."
Feit: Zowel de gezagvoerder als de copiloot kunnen een landing uitvoeren.
Fabel: "De automatische piloot vliegt zelfstandig."
Feit: De automatische piloot volgt alleen ingevoerde opdrachten. Menselijke controle blijft onmisbaar.
Fabel: "De copiloot is een assistent zonder eigen bevoegdheden."
Feit: Copiloten hebben dezelfde bevoegdheden en opleidingen als gezagvoerders. Ze kunnen de volledige vlucht zelfstandig uitvoeren als dat nodig is.